top of page
Zoeken

Confrontatie. Altijd weer die confrontatie.

Vakantie. Tijd om het ritme van de klok even los te laten. Uren niksen. Een ijsje halen, een ommetje maken, met de dag mee ademen.


En ja, we genieten. We zijn samen. We doen van alles. Soms dichtbij, soms wat verder van huis.


Maar altijd is daar die onzichtbare reisgenoot. Diabetes type 1. Nooit met koffers, altijd aanwezig.


Ook als het goed gaat (en dat gaat het) is hij daar. In stilte. Als een schaduw die net buiten beeld blijft. Als een draadje aan je shirt dat je steeds weer voelt, ook al lijkt het weggewerkt.


In de pomp die bungelt langs Finns zij, terwijl hij rent. Als een slingerend gewicht. Geen kwaadwillende, maar ook geen vriend. In de waarde die zakt, plotseling. In het wachten aan de rand van het zwembad, ā€œnog even niet, Finn, we moeten eerst even checken.ā€ In die twijfel die nooit echt verdwijnt: is het een hypo? Of gewoon even warm? Of allebei?


We hebben een grote tuin tijdens onze vakantie in Denemarken. We spelen en rennen er. Hij gooit zijn lichaam erin, lacht, speelt. En ik zie die pomp, zwiepend, botsend. Als een sloopkogel aan een zijden draad. En ik slik. Want ik zie meer dan alleen iemand die speelt.Ā 


Ik zie een strijd die van buiten niet altijd zichtbaar is. Een strijd die hij zelf niet zo noemt. Ik zie het. Ik voel het. Ik zeg het. Ik deel het met Janine. Misschien juist omdat hij dat niet doet.


Want Finn klaagt niet. Geen zucht, geen wanklank. Hij neemt het zoals het komt. Alsof hij weet: dit hoort erbij. Alsof hij het heeft leren dragen nog voordat hij het kon uitleggen.


En dat…dat is misschien wel de grootste confrontatie. Dat hij het zo vanzelfsprekend draagt. En ik soms nog niet.


Ik zou willen dat het soms nĆ­et hoeft. Niet tellen, meten, corrigeren. Gewoon even een joch van 14 zijn. Gewoon even duiken in het zwembad zonder eerst een inschatting te maken van je waardes.


ree

Maar Finn zegt gewoon: ā€œGaan we dan?ā€


En dan gaan we.


En ik denk, als hij zo vooruit loopt, wie ben ik dan om achterom te blijven kijken?


Toch blijf ik het benoemen. Niet om te klagen. Maar om het te laten bestaan. Omdat het erbij hoort. Omdat het Ʃcht is.


Omdat er achter die zomerse middagen vaak meer schuilt dan een foto laat zien. Maar ook dat er altijd dat lichtpuntje is.

Ā 
Ā 
Ā 

Opmerkingen


Kom in contact via andere kanalen

Untold Stories

  • Instagram
  • Twitter
  • LinkedIn
bottom of page